‘Oogst’ / Stroomopwaarts / Arcadis / Museum Belvédère
In het kader van het project Stroomopwaarts deed beeldend kunstenaar Merijn Vrij (1971) onderzoek naar de geschiedenis en ontwikkeling van het landschap in Zuidoost Fryslân. Waar eens volop turf werd gewonnen, is in de vorige eeuw een agrarisch veeteeltgebied ontstaan. Vrij vroeg zich af of de huidige intensieve landbouw eenzelfde effect zal hebben op het landschap als de destijds uitputtende veenafgravingen. En of de balen van raaigras net zoals blokken turf in musea te zien zullen zijn als herinnering aan wat ooit was.
Het ambitieuze plan van Merijn Vrij om het museumgebouw te verlengen met een stapeling van 600 hooibalen kon in het kader van Stroomopwaarts alleen in maquette-vorm worden gerealiseerd. De stapeling van geoogst gras op de plek waar het museum ooit hoopt uit te breiden zou expositie en expositieruimte tegelijk zijn.
In plaats van de stapeling van 600 balen, plaatste Vrij negen balen aan de noordzijde van het gebouw en negen aan de zuidzijde, als een ritmische stippellijn, en één solitaire baal in het museum. De balenrij buiten het museum verwijst naar de wijze waarop de mens het landschap naar zijn hand zet, verkavelt en ordent. In de context van de tentoonstelling binnen, neemt de baal de positie in van ‘ready made’ – een vervreemdend object, dat vragen oproept over vorm en inhoud.
Boekwerk ‘artist researcher’ Oogst / Museum Belvédère